Met een kok op het podium
Een nieuwe trend: eet-evenementen
10/07/1998 - Peter De Bie - De Standaard

Theater dat werkt met smakelijke en kleurrijke ingrediënten: het is een trend. Je kan naar voorstellingen gaan kijken waar het geurt naar een viergangendiner dat de acteurs voor je neus geserveerd krijgen. Of het bereiden van voedsel zelf kan een rituele schoonheid krijgen, zoals in ‘PEEP & EAT’. Peter De Bie, zakelijk leider van het jeugdgezelschap Blauw Vier, maar intussen ook gereputeerd theaterkok, geeft zijn recept.

Als ik met eten bezig ben op de scène, dan is het voornamelijk om een zintuiglijkheid aan te spreken die verder gaat dan kijken en luisteren. Theater is trouwens gegroeid uit feest, uit de bevrediging van alle zintuigen. In Shakespeares tijd kreeg het publiek soms tot drie keer toe de cruciale passages uit een drama voorgeschoteld. Geen wonder: in een open schouwburg zat het Elizabethaanse publiek te kijken, maar intussen ook te eten of gezellig wat te kletsen.

Theater met eten combineren past in een trend om theater weg te halen uit de zuiver intellectualistische sfeer, om theater meer als een ‘evenement’ te presenteren. Die term hoeft overigens niet negatief te klinken, met de bijklank van ‘spectaculair’. Denk maar aan de vele sterke locatieprojecten.
In "My dinner with André" waarmee Stan en Cie. De Koe nu rondtrekt, ruik je bij het binnenkomen van de theaterzaal meteen wat ze klaarmaken. Bij mij ontstaat er dan een onmiddellijke nieuwsgierigheid naar wat er rond die tafel de gebeuren staat en lijkt het mij voor de acteurs een dankbare ingang om hun publiek aan te spreken.

Eén van mijn drijfveren om theater met eten te combineren is immers dat er meteen ook een grotere betrokkenheid bij een publiek wordt losgeweekt, en hopelijk als gevolg daarvan een intensievere ervaring. De geuren, smaken en kleuren van eten, de sfeer die gecreëerd wordt als mensen samen aan tafel zitten, maken dat er heel spontaan gecommuniceerd wordt. Er is interactie tussen het publiek en de spelers of makers, en ook tussen het publiek onderling. Het mooie daaraan is ook dat het een betrokkenheid is die ver weg blijft van het dwangmatig agressieve.

Zo merk ik ook dat festivals vaak een uitstekende voedingsbodem zijn om eten en theater samen te brengen. Organisatoren eten niet alleen graag lekker, ze zijn ook dol op voorstellingen of activiteiten die als een ‘meeting point’ voor het publiek kunnen dienen, het publiek prikkelen om met mekaar en de artiesten in contact te komen. Neem gewoon een buffet waarbij de stokbroden aan touwtjes boven de schotels bungelen, en je krijgt meteen een discussie. Mogen we er wel aankomen, of niet? Alles rond eten
is dankbaar sociaal contact.

Het publiek gaat veel verder mee dan je zou denken, op voorwaarde dat je een context schept. Voor een avond rond '1000 plateaux' van Gilles Deleuze in het Cyber Theatre, bedacht ik een cocktail in een medische handschoen, als een soort uier. Hoewel de andere drankjes aanzienlijk duurder waren, stond aanvankelijk iedereen hiertegenover weigerachtig. Het publiek reageerde heel klassiek. Het was op verrassingen voorbereid met zijn oren en ogen, maar weerde af wat te dicht bij het lichaam kwam.

Anders ging het met ‘PEEP&EAT’, de voorstelling die eerst in het Festival a/d Werf in Utrecht en dan tijdens de Zomer van Antwerpen te zien was. Daar kwam het publiek, , zoals de promotietekst het formuleerde ,voor ‘papillaire genoegens en theatrale acts’. Als in een carrousel zaten ze in kleine groepjes rond een ronddraaiende keuken, voorbereid op het onverwachte. Eten, drinken en ruiken stonden centraal. Wie kwam kijken, voelde zich aangesproken zonder dat het gênant werd, zonder dat hij of zij op de scène en in het middelpunt van de belangstelling gesleurd werd. Met simpele dingen kan je verrassende effecten bereiken, zoals gerechten serveren in een medisch nierbekken met een sausje in een injectiespuit of soep in een glazen visbokaal.

De kwaliteit en de smaak van het eten blijven bij mij centraal staan. Het moet wel lekker blijven. Mensen bijeenbrengen rond slecht eten, zo'n opdracht krijg ik ook wel eens, maar dat werkt vrijwel niet. Muziek Loos, waar regisseur en slagwerker Paul Koek bij betrokken is, had een evenement opgezet rond het futurisme. Marinetti heeft niet alleen een futuristisch manifest geschreven, maar ook een kookboek. Daar staan recepten in zoals ,,Het opgewonden varken'': een rechtopstaande salami geserveerd met koffie en eau de cologne. Het futuristische gedachtengoed vertalen naar onze smaakpapillen is een zware opdracht.

Sjoerd Wagenaar maakt dan weer installaties waarbij acteurs tussen de potten en pannen zitten te eten. In ‘Klepperek II’ vertaalt hij de relatie tussen politiek en eten naar het podium. Veel politieke beslissingen worden aan tafel genomen. Stel dat je allergisch bent aan kreeft: hoe reageer je dan als er je één geserveerd wordt. En welke invloed hebben alcohol en cafeïne, die ontegensprekelijk op het lichaam inwerken, op belangrijke beslissingen? Het zijn vragen waarmee je een publiek kan prikkelen, als je ze in de sfeer brengt.

Zelf ben ik meermaals gevraagd om maaltijden te bereiden voor het publiek van de Nederlandse theatergroep Hollandia, voor of na de voorstellingen, zelfs tussen twee delen in zoals bij ‘Twee stemmen’. Ze werken altijd op locaties, de decors zijn de speelruimte. Eten hoort bij de sfeer van het groter maken, het publiek meenemen. Bij ‘Twee stemmen’ zat het publiek tijdens de pauze gewoon op het podium te eten, de chaotisch-lege eetzaal die ze achterlieten was dan het decor voor de monoloog van Jeroen Willems die in verschillende gedaanteverwisselingen zes heren aan tafel portretteert. De confrontatie die je dan als toeschouwer met je eigen vuile tafel aangaat, versterkt het spel van de acteur.

Eet-evenementen zijn nog veel moeilijker te realiseren en arbeidsintensiever dan traditionele theatervoorstellingen. Het moet met verse producten, je werkt met een beperkt budget, alles moet op
het moment zelf. Is een theatervoorstelling af, dan zit er in groep tweehonderd man naar te kijken. Maak je daarentegen ook tweehonderd menu's voor hen, dan verwacht ieder individueel het beste. Maar daarin schuilt dan waarschijnlijk ook net de kracht. Smakelijk.

Laika in de pers
20/08/2011
Vrij Nederland
09/2003
Etcetera 88
04/2003
Pigment, tendensen in het Vlaamse Podiumlandschap
09/2002
Het Theaterfestival 2002
06/09/2001
De Morgen
09/2001
Het Theaterfestival 2001
10/07/1998
De Standaard